A11

Brussel - Knokke-Heist

... en de ontsluiting van Dendermonde

De A11 tussen Brussel en de oostkust is een van de weinige autosnelwegen uit het programma van 1960 die uiteindelijk nooit werden uitgevoerd. Protest tegen de aanleg kwam vanuit Vlaams-Brabantse hoek. Aan het tracé werd geleidelijk geknabbeld, en uiteindelijk moesten de plannen geheel worden opgeborgen. Maar de ontsluiting van Dendermonde bleef de administratie kopzorgen baren...

Vanaf eind jaren 1950 vervoegde een verbinding Brussel-Knokke de autosnelwegenprogramma's (kaart). De snelweg droeg het nummer A11 (niet te verwarren met de weg Antwerpen-Knokke, aan dewelke dat nummer pas in 1984 toegekend werd). Minister van Openbare Werken Jos De Saeger legde op 12 oktober 1966 het tracé vast bij koninklijk besluit en wijzigde het twee jaar later, op 20 juli 1968. De snelweg zou zijn route aanvatten op de grote ring van Brussel, bij Wemmel, vervolgens de steden Dendermonde, Lokeren, Zelzate, Eeklo en Maldegem aandoen om ten zuiden van Zeebrugge over te gaan in de autosnelweg richting Veurne en Calais. Het vak tussen Zelzate en Maldegem valt in sommige ontworpen samen met dat van de expresweg in aanbouw (nu N49) tussen Antwerpen en Knokke.

De A11 had een drievoudige functie. Vanwege het drukke vakantieverkeer tijdens zomerweekends, achtte Openbare Werken een verdubbeling van de E40 Brussel-Oostende noodzakelijk. Bovendien moest het noordwesten van het land voorzien zijn op een groeiende verkeersstroom van en naar de haven van Zeebrugge, die in volle expansie was; de A11 vormde de directe verbinding met de havens van Gent en Antwerpen. Tot slot zorgde de snelweg voor een betere bereikbaarheid van de streek rond Asse en Dendermonde. De aanleg van het eerste vak werd geprogrammeerd in het vijfjarenplan 1976-1980.

Maar de autosnelweg kon in het noordwesten van Brabant allerminst op sympathie rekenen. Vooral landbouwers protesteerden. Voorts kende het 'Kirschenrapport' in 1975 de A11 geen bijster hoge punten toe wat de verwachte verkeersdensiteit betrof. De afslanking van het autosnelwegenprogramma (kaart), vanaf begin 1976 stelselmatig doorgevoerd door minister Louis Olivier, beperkte het tracé van de A11 alvast tot het vak Brussel-Lokeren. Daarmee verviel reeds één functie ervan, te weten de verbinding tussen de drie Belgische zeehavens.

A11 en ontsluiting Dendermonde

Terwijl Openbare Werken in mei 1976 reeds van start was gegaan met het onteigenen van gronden in de omgeving van Asse, werd er op de vergaderingen van het Ministerieel Comité voor Vlaamse Aangelegenheden (MCVA), dat advies moest verstrekken over de aanleg van de A11, druk gedebatteerd. Het MCVA adviseerde de minister enkele maanden later alle projecten aangaande de snelweg op te bergen. Of Olivier dit advies heeft opgevolgd, is niet duidelijk, maar vast staat wel dat de A11 Brussel-Lokeren twee jaar later definitief van tafel was geveegd.

De Assenaars hadden hun slag thuis gehaald, maar opnieuw drong zich nu de ontsluiting van Dendermonde op. Tijdens de onderhandelingen over het definitief gewestplan zocht men zijn toevlucht tot het oude plan van de 'Vlaamse transversale', die vanuit Lummen, via Aarschot, Mechelen en Dendermonde, op de E40 naar Gent zou aansluiten ten westen van Aalst. Dendermonde zou aldus haar snelle verbinding met Brussel krijgen door de aanleg van het vak Dendermonde-Londerzeel (als expresweg) en de omvorming van de A12 Antwerpen-Boom-Brussel tot autosnelweg. Helaas liep ook dit tracé door het noordwesten van de provincie Brabant, en daar rees wederom verzet. Het MCVA sprak zich eens te meer negatief uit. De open ruimtes in het gebied, zo meende het comité, zouden niet enkel rechtstreeks door de weg worden aangetast, maar ook door de toenemende verstedelijking waaraan hij zijn bijdrage leverde. Het tracé verscheen wel op het gewestplan Dendermonde, maar (vanwege het negatief advies) niet op dat van Halle-Vilvoorde-Asse.

Omstreeks 1980 ging Openbare Werken dan maar op zoek naar kleinschaliger ingrepen om de verkeersdrukte tussen Brussel en Dendermonde aan te pakken. De ring van Asse, anno 2008 in aanleg, maakt deel uit van deze ingrepen. Op de N9 te Asse gebeurden lange tijd procentueel het grootst aantal ongevallen van het land.

Relevante koninklijke besluiten
  • 12 oktober 1966 - Indeling van de ontworpen openbare weg Brussel-Zelzate-Brugge-Calais bij de categorie der autosnelwegen

Zie ook:
Het wegenbeleid in de periode 1973-1989
in de sectie Geschiedenis
Dossier E34 A11 Antwerpen - Zelzate - Knokke-Heist

Terug naar boven | Bronverantwoording
Algemene wegenpolitiek vanaf de 18e eeuw en totstandkoming van het (autosnel)wegennet Besluitvorming en aanleg van de Belgische autosnelwegen Ontwikkeling van het autosnelwegennet jaar per jaar in kaart gebracht Links naar andere websites over wegen en infrastructuur Voor alle vragen, opmerkingen en suggesties Hét forum over weginfrastructuur en verkeer in België en Nederland